-
Na het succes van Rutgers debuutalbum ‘Een goed begin... is een hoop werk!’ ligt het tweede deel van deze reeks dan eindelijk voor je. Deze keer laat hij meer van zijn geek-kant zien en vliegen de popcultuurverwijzingen je regelmatig om de oren. Met deze keer gastrollen van Dolf Jansen, Rob Trip en bekende stripcollega’s. -
“Mijn naam is Rembrandt Harmenszoon van Rijn. Ik ben kunstschilder in Amsterdam. Mijn specialiteiten zijn portretten en Bijbelse voorstellingen. Mijn werk is zeer gewild bij kunstkenners en particulieren. In mijn vrije tijd verzamel ik bijzondere voorwerpen uit verre landen. Of ik verpoos in een etablissement in de stad met mijn boezemvriend Jan Six. Ik ben overal een graag geziene gast, waarschijnlijk omdat ik zo’n levensgenieter ben. Ik woon aan de gracht, samen met mijn… euh... met Geertje, mijn zoon Titus en dienstmeid Hendrickje. Op de portretten hierboven zie je ook nog ons hondje Kwast en dokter Tulp. Liever had ik daar een portret van Jan gehad, maar dokter Tulp bood meer. Dat wil zeggen: ik hoefde de doktersrekening niet te betalen als ik een portret van hem maakte.” -
Thé Tjong-Khing: “Ik heb de strip Kapitein Rob nooit gelezen, maar ik vind het maken van een Kapitein Rob-cover in mijn eigen stijl een leuke opdracht. Het is net of je een remake van een film maakt, omdat de originele versie ouderwets is. Als ik nu de opdracht kreeg om de strip te tekenen, zou hij er zo uit zien. Over tien jaar is deze versie op zijn beurt ouderwets.” Thé Tjong-Khing (1933) is misschien wel Neêrlands meest bekroonde kinderboekenillustrator, met onder andere drie Gouden Penselen en de Max Velthuijsprijs. Khing begon zijn carrière echter als striptekenaar bij de Toonder Studio’s, en tekende later ook voor het weekblad Tina. -
Als hommage aan geestelijk vader Pieter Kuhn tekende Jan van Haasteren een speciale cover van het verhaal Het pinguïnland van prof. Lupardi. Jan: “Ik vind pinguïns grappige dieren en leuk om te tekenen. Zodra er water of ijs in een puzzel voorkomt, stop ik er een pinguïn in.” Voordat Jan van Haasteren wereldberoemd werd door zijn puzzels was hij al een succesvol striptekenaar. Hij begon bij de Toonder Studio’s, met het tekenen van de strip Kappie. Jan: “Mijn moeder knipte vroeger elke dag de strips uit de kranten, waaronder Kapitein Rob. Prachtige realistische tekeningen.” -
Alle meisjes uit het dorp willen prinses Simone zijn en Simone wil graag een dorpsmeisje zijn. Een humoristische ballonstrip die is getekend in een soepele, karikaturale stijl met een licht manga-tintje. De grapjes worden verteld in verhaaltjes van hooguit vijf pagina’s. “Sympathieke feelgood strip uit de Tina” – StripNieuws GENOMINEERD ALS JEUGDSTRIPALBUM VAN HET JAAR -
Kapitein Rob mag dan een echte zeeman zijn, toch slaagt hij er met enige regelmaat in zijn zeilschip ‘De Vrijheid’ naar de kelder te jagen. Zo ook in De schat van opa Larsen, waarin ‘De Vrijheid II’ in de golven verdwijnt en Rob uitgeput naar een ziekenhuis wordt gebracht. Gelukkig maar, want hier ontmoet hij de bejaarde zeeman opa Larsen die hem op zijn sterfbed vertelt over een grote schat die hij heeft verstopt. Met zijn trouwe kornuiten Taaie Toon en Skip zeilt Rob een nieuw avontuur tegemoet. Hoe? Met ‘De Vrijheid III’ natuurlijk. -
Alle hens aan dek, want Pieter Kuhn verkeerde bij de creatie van Het geheim van de Vliegende Hollander in topvorm. Dankzij het historisch oog reist Rob terug in de tijd en vindt hij zichzelf terug op het dek van De Vliegende Hollander. Het duurt niet lang of Rob ontdekt het geheim achter de merkwaardige zeemanskunsten van de geheimzinnige kapitein Van der Decken. Maar zal het Rob lukken te ontsnappen van het schip dat moet varen tot ‘de jongste dag’? -
Een superschurk als professor Lupardi is niet zomaar verslagen en in De onderwereld van Prof. Lupardi keert de boosaardige geleerde – flink geholpen door zijn assistent Yoto – dan ook ijzersterk terug. Lupardi brengt een leger op de been dat bestaat uit een merkwaardig allegaartje van potvissen, Victoriapinguïns en mensen. Niets lijkt hem nog tegen te kunnen houden. Maar dan gaat het alarm af als een klein zeilschip het eiland van Lupardi nadert. Aan het roer staat Kapitein Rob. -
De hulp van Kapitein Rob wordt ingeroepen om zijn goede vriend majoor Ross te zoeken die spoorloos is verdwenen. Met zijn oude tegenstander Cigaret-Larry reist onze zeeheld naar de ijzige koude van de Noordelijke IJszee waar het rijk van de witte mammouth op ontdekking ligt te wachten. De bevolking bereikt dankzij het geheimzinnige pyriet een gezegende leeftijd, maar ‘De Generaal’ wil het pyriet voor zichzelf houden en weet met een speciale tank tot de verborgen wereld door te dringen. Kan Rob hem nog stoppen? -
Van ‘Canadese meisjes’ tot een B&B in Frankrijk: emigratie doet het goed op tv. Mensen die emigreren zijn een dankbaar onderwerp voor film- en tv-makers. Dat maakt de golf aan emigratie-tv die ons de laatste tien jaar overspoelt wel duidelijk. Maar deze golf is niet de eerste. Ook in de tijd van Polygoon Journaal speelden vertrekkende Nederlanders al vaak de hoofdrol in hun eigen film(pje). Lees de coverstory: Emigratie-TV door de jaren heen. -
Wat is de economische meerwaarde van Nederlandse expats en emigranten voor Nederland zelf? En wat kan Nederland leren van de manier waarop andere landen met hun eigen burgers in het buitenland omgaan? Eelco Keij brengt het in dit politieke manifest in kaart. Gebaseerd op zijn observaties trekt hij conclusies en doet hij aanbevelingen, in het bijzonder gericht op de politieke vertegenwoordiging van Nederlanders in het buitenland. In his Fortunate Connections manifesto, Mr. Keij seeks to build a bridge between the politicians in The Hague and the sizable Dutch electorate abroad. The two foremost questions are: what added value do the (former) Dutch nationals abroad bring to The Netherlands itself, and how do other European countries deal politically with their citizens abroad? Based on his research of extensive resources, Mr. Keij offers suggestions and recommendations directed at the political parties in The Hague. -
Als expat Anton de Haas de kans krijgt om zijn carrière af te sluiten in Azië, het continent waar hij is opgegroeid, grijpt hij die met beide handen aan. Zijn vrouw Marga is minder enthousiast: zij voelt zich niet thuis in Thailand en keert al snel terug naar Nederland. Intussen raakt Anton in de ban van Sumalee, zijn aantrekkelijke Thaise medewerkster. Met haar belandt hij in een spannend rad van avontuur dat steeds sneller gaat draaien.
